Tekst Betty Rombout / Beeld: NFP Photography
“Nog te vaak worden installaties die nog prima werken, zonder pardon de deur uit gedaan. Simpelweg, omdat een nieuwe installatie minder tijd en gedoe kost. Vervangen we echter een aantal onderdelen in oude installaties, dan kunnen ze nog jaren mee.” Aan het woord is Peter Boer, business development manager bij Spie Nederland.
“Het is noodzaak dat wij minder grondstoffen gaan gebruiken en afval produceren om onze wereld gezond te houden. Samen maken we dan een eind aan de weggooimaatschappij. En door anders te gaan denken, creëren we bovendien een ander en zelfs een beter verdienmodel waarbij de marges vaak groter zijn dan in traditioneel werk”, aldus Boer.
Zo min mogelijk weggooien, zoveel mogelijk hergebruiken en nadenken over hoe nieuwe installaties zodanig te bouwen dat ze circulair zijn. Dat is dus waar Boer op duidt. Zo is het bijvoorbeeld niet moeilijk om van een stoomketel een duurzame boiler te maken. Hoe? Door het water in de ketel te verwarmen middels zonnepanelen die vervolgens weer elektriciteit opwekken.
Een cv-ketel kunnen we heel wat energiezuiniger maken door de brander te vervangen. Het aanschaffen van een nieuwe installatie is dan niet nodig. Oude TL-armaturen hoeven niet weggegooid te worden. Het is vrij simpel de armaturen om te bouwen naar led. Een luchtbehandelingskast aanpassen op nieuwe behoeftes kan heel eenvoudig door een bestaande verwarmingsinstallatie met een bestaande airco-installatie te combineren.
Kunnen we uit deze voorbeelden opmaken dat welke installatie dan ook altijd circulair te maken is? Boer: “Voor een groot deel wel. Maar het is ook afhankelijk van wet- en regelgeving. Bij elektrische installaties is het bijvoorbeeld niet toegestaan om oude kabels te hergebruiken. Zo moeten bij renovaties altijd nieuwe gebruikt worden.”
Circulariteit in de installatiebranche is een maatschappelijke ontwikkeling die we niet links kunnen laten liggen, benadrukt Boer nogmaals. Niet alleen omdat de branche dan bijdraagt aan een gezondere wereld, maar ook omdat de vraag naar circulaire installaties en technieken steeds vaker door klanten gesteld wordt: ‘Is dat iets voor ons en wat levert het op?’
De vraag naar circulariteit is dus groeiende. Wekelijks krijgt Boer vragen over business cases voor onder andere warmtepompen en warmte-koude opslag. Onder andere naar aanleiding van Energie-audit verslagen (EED); een systematische, vierjaarlijkse aanpak om informatie te verzamelen over het actuele energieverbruik en de besparingsmogelijkheden van een onderneming. Maar ook de overheid legt er met haar klimaatdoelstellingen de nadruk op. “En,” zegt Boer, “In ondernemersland is er steeds meer vraag naar circulaire installaties. Niet alleen omdat ze willen bijdragen aan een gezond milieu, maar ook omdat ze hiermee meer opdrachten scoren.”
Het mag duidelijk zijn: circulariteit in de installatiebranche mogen we niet over het hoofd zien. Toch worden circulaire installaties nog maar mondjesmaat toegepast. Boer: “De branche is vrij conservatief. ‘We doen het al 20 jaar op onze manier en blijven het zo doen’. Bedrijven weten vaak ook niet beter. Sommige bestaan al meer dan 50 jaar. In de basis trekken ze nog steeds een kabeltje, sluiten een contactdoos aan en leggen ze een waterleiding.”
“Qua innovatie gebeurt er dan wel veel in de markt, maar installateurs hebben de neiging pas iets met circulariteit te doen als de klant er ook daadwerkelijk om vraagt. Projecten worden veelal gegund op basis van de beste prijs. Mijn advies is echter; ga proactief met klanten aan de slag. Praat met ze. Vertel wat de mogelijkheden zijn op het gebied van circulariteit.”
Boer: “Het is belangrijk klanten duidelijk te maken wat het hen oplevert. Dat wekt vertrouwen en dan gaan ze ook met jou als installateur verder. Dus maak er een businesscase van waarin de terugverdientijd staat. Het gebruik van zonnepanelen is een duidelijk voorbeeld. Bedrijven willen ze soms wel plaatsen, omdat het hip is. Maar vaak weten ze niet wat die panelen daadwerkelijk opleveren binnen welke termijn. Met de energie die vrijkomt, kan de klant zomaar een installatie van 1.5 ton in zeven jaar tijd terugverdienen. Bovendien scoort hij in een aanbesteding meer op duurzaamheidspunten. De kans is groter bij de overheid opdrachten te scoren.”
Het terugverdienen van het gebruik van circulaire onderhoud van installaties en techniek is een kwestie van tijd. Investeren dus. Tegenwoordig zijn de kosten voor ledverlichting er in twee jaar ‘al uitgehaald’. Installaties voor afvalwater zijn met ‘slechts’ het vervangen van andere pompen goed te verduurzamen. Zodanig dat er wel tot 70% op gas bespaard kan worden binnen afzienbare tijd.
Circulariteit in de branche is dus van grote waarde voor installateurs en hun klanten. Beiden worden er beter van. En de wereld ook. Daarom ook dat Boer zegt: “Installateurs, technische dienstverleners en architecten moeten nog meer met elkaar praten en ideeën uitwisselen. Circulariteit is heel lang iets geweest van geitenwollensokkendragers, terwijl het voor mijn kleinkinderen iets heel normaals is. We moeten het erover hebben. Ook in onze branche. Veel doen en vooral ook durven erover te praten met klanten. Want zoals gezegd, businesswise heeft het vele voordelen. Klanten willen het wel, maar zijn bang. Vergelijk het met elektrische auto’s. ‘Die vliegen toch vaak in de fik!’, horen we menigeen zeggen. We vergeten echter, dat er ook uitgebrande auto’s op de vluchtstrook staan die op benzine rijden.”
Ook scholen hebben een rol voor wat betreft circulariteit in de installatiebranche. Volgens Boer dienen we niet alleen te vertellen dat circulariteit genoemde voordelen oplevert, maar ook uit te leggen hoe met circulariteit om te gaan. “Ledverlichting gebruiken is prima, maar laten we lampen vervolgens wel een uurtje langer branden dan normaal, dan is de energiebesparing weg.”